Advieswijzer Energiebesparingsplicht

12 okt 2023

De overheid wil dat ondernemers zo min mogelijk energie verbruiken om zo de uitstoot van schadelijke stoffen, zoals CO2, te beperken. Daarom geldt voor ondernemers die veel energie verbruiken een energiebesparingsplicht en moeten zij hier iedere vier jaar over rapporteren. Ook geldt voor sommige ondernemers een onderzoeksplicht. Meer over de plichten, voor wie ze gelden en hoe je eraan kunt voldoen.

Voor wie geldt de energiebesparingsplicht?

Als ondernemer heb je een energiebesparingsplicht als je in een jaar op een locatie minstens 50.000 kWh aan elektra of minstens 25.000 m3 gas verbruikt. De energiebesparingsplicht betekent dat u verplicht bent alle energiebesparende maatregelen te treffen waarvan de terugverdientijd vijf jaar of minder bedraagt. Ook maatregelen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder die geen energie besparen maar die wel de uitstoot van CO2 reduceren zijn verplicht.

Je voldoet aan je plichten als je alle maatregelen uitvoert met een terugverdientijd van vijf jaar of minder of als je alle voor jou van toepassing zijnde maatregelen uitvoert die zijn vermeld op de Erkende Maatregelenlijst voor energiebesparing (EML). Voer je een maatregel van de EML niet uit, dan moet u een alternatieve maatregel uitvoeren die minstens evenveel energie bespaart. Heb je een energiebesparingsplicht, dan moet je hierover iedere vier jaar rapporteren.

Let op! Heb je dit nog niet gedaan, dan ben je verplicht uiterlijk 1 december 2023 digitaal te rapporteren bij de Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland (RVO). Meer informatie over de energiebesparingsplicht is te vinden via Energiebesparingsplicht vanaf 2023 (rvo.nl).

Uitbreiding energiebesparingsplicht

Ook voor ETS-ondernemingen, de glastuinbouw en bedrijven die over een omgevingsvergunning milieu dienen te beschikken, geldt de energiebesparingsplicht per 1 juli 2023. ETS-ondernemingen zijn bedrijven die verplicht moeten deelnemen aan het Emission Trade System, een handelssysteem voor de CO2-uitstoot van de industrie. In dat systeem moeten bedrijven voor elke ton aan CO2-uitstoot één emissierecht inleveren, dat men kan kopen en eventueel verhandelen. Het aantal emissierechten wordt jaarlijks lager vastgesteld, zodat bedrijven ofwel steeds duurdere emissierechten moeten kopen, ofwel moeten investeren in het beperken van de uitstoot.

Wie doet wat als je huurt?

Ben je de enige gebruiker van een gebouw, dan ben je ook verantwoordelijk voor de te nemen energiebesparende maatregelen én voor de te leveren informatie hierover. Voor maatregelen met betrekking tot het gebouw overleg je met de eigenaar. De eigenaar van het gebouw is verantwoordelijk voor de maatregelen hieromtrent, tenzij je contractueel anders hebt afgesproken.

De maatregelen waarvoor je als huurder verantwoordelijk bent, moet je ook zelf nemen. Bij een gebouw met meerdere huurders is de eigenaar verantwoordelijk voor de te nemen energiebesparende maatregelen aan het gebouw. De huurders zijn verantwoordelijk voor de maatregelen van het proces. Het ligt voor de hand dat de gebouweigenaar, bij weinig processen die plaatsvinden bij de huurders, ook rapporteert namens de huurders.

Let op! Het ligt voor de hand dat degene die de maatregelen uitvoert ook rapporteert over de maatregelen. Er zijn bijvoorbeeld situaties, zoals in winkelcentra, dat de eigenaar van het winkelcentrum rapporteert over de collectieve voorzieningen, zoals een roltrap of verlichting en dat de huurder verantwoordelijk is voor het uitvoeren van de maatregelen en hierover dan ook rapporteert.

Energiebesparingsplicht: Elke vier jaar rapporteren

Als voor jouw bedrijf de energiebesparingsplicht geldt, dan moet je bij de RVO iedere vier jaar rapporteren welke energiebesparende maatregelen je hebt genomen. De rapportage stel je op aan de hand van de Erkende Maatregelenlijst energiebesparing (EML). Op deze lijst staan energiebesparende maatregelen waarvan de terugverdientijd vijf jaar of minder bedraagt. Van de op de EML genoemde maatregelen geef je aan of je deze hebt uitgevoerd of dat je een alternatieve maatregel hebt uitgevoerd.

Let op! Momenteel ligt er een wetsvoorstel om de terugverdientijd van vijf naar zeven jaar te veranderen. Dit zal vanaf de volgende rapportageronde in 2027 het geval zijn.

De EML kent drie onderdelen, te weten ‘gebouwen’, ‘faciliteiten’ en ‘processen’. Per categorie moet je bekijken of deze voor jouw organisatie relevant is. Zo ja, dan moet je de maatregelen uitvoeren. Voor gebouwen betreft dit bijvoorbeeld energiebesparende maatregelen voor de verwarming van het gebouw of voor de verlichting van de binnenruimte. Bij faciliteiten tref je onder meer energiebesparende maatregelen aan voor de koeling van producten, voor roltrappen of met betrekking tot een serverruimte. Voor energiebesparende maatregelen voor processen kun je onder meer denken aan maatregelen om warmteverlies te beperken en aan energiebesparende maatregelen voor veehouderijen.

Of je een maatregel van de EML direct moet uitvoeren, hangt af van diverse omstandigheden zoals de uitgangssituatie. Zo kun je bijvoorbeeld geen energie met betrekking tot warmte besparen in een ruimte die niet verwarmd is. Ook technische factoren zijn van belang. Brandt in een bepaalde ruimte gedurende de dag slechts kort de verlichting, dan zal de terugverdientijd inzake energiebesparende verlichting te lang zijn. Ook kunnen sommige energiebesparende maatregelen pas op een later moment rendabel zijn. Als je bijvoorbeeld op een bepaald moment de gevel moet renoveren, kan het rendabel zijn dan gelijk te kiezen voor isolerend glas.

Let op! Voor de glastuinbouw geldt sinds 1 juli 2023 ook de energiebesparingsplicht. Voor deze sector is een specifieke EML beschikbaar.

EED-auditplicht

Naast de energiebesparingsplicht en de hieraan gekoppelde rapportageplicht bestaat er de Europese Richtlijn Energie-Efficiëntie (EED). Deze plicht geldt alleen voor grote bedrijven die niet als mkb aangemerkt worden. Dat wil zeggen dat we maximaal 250 werknemers (fulltime) in dienst zijn, de omzet maximaal € 50 miljoen bedraagt en/of het balanstotaal maximaal € 43 miljoen is.

Het doel van de EED-auditplicht is om bedrijven inzicht te geven in hun energiegebruik en aan te geven op welke manieren ze energie kunnen besparen. Je moet met name rapporteren welke energiebesparende maatregelen je kunt nemen en welke besparing dit oplevert. De rapportage op grond van de EED beperkt zich niet tot maatregelen met een terugverdientijd van maximaal vijf jaar. Voor de EED kun je desgewenst gebruikmaken van sjablonen die je vindt op www.rvo.nl.

Ook ‘vervoer’ maakt onderdeel uit van de EED-rapportageplicht, maar alleen voor zover je binnen jouw bedrijf zelf het vervoer verzorgt. Besteedt je het vervoer uit, dan is de vervoerder eventueel rapportageplichtig, indien deze aan de voorwaarden voor de plicht voldoet. Het woon-werkverkeer van medewerkers valt niet onder de rapportageplicht.

Onderdeel van de rapportage is onder meer een overzicht van het totaal gemeten energieverbruik van je bedrijf en een uitsplitsing van het energieverbruik voor de processen, gebouwen, installaties en vervoer van de organisatie. Ook moet je een lijst van energiebesparende maatregelen opnemen, waarbij je gebruik kunt maken van bovengenoemde EML.

Je moet iedere vier jaar rapporteren. Dit is opengesteld op 4 juli 2023. Je dient je rapportage digitaal in bij de RVO. Hiervoor heb je eHerkenning niveau 2+ of hoger nodig.

Let op! Je bent wettelijk verplicht een EED-rapportage aan te leveren. Doe je dit niet, dan kan de RVO je een last opleggen met een dwangsom. Voldoe je dan nog niet aan je verplichting, dan moet je de dwangsom betalen.

Tip! Als je investeert in een energiebesparende maatregel waarop de Energie-investeringsaftrek (EIA) van toepassing is, komen de rapportagekosten ook voor de EIA in aanmerking.

Onderzoeksplicht bij energiebesparingsplicht

Grote energie verbruikende bedrijven kunnen ook nog te maken hebben met een onderzoeksplicht inzake energiebesparing. Dit geldt voor locaties van bedrijven met een jaarlijks energiegebruik vanaf 10 miljoen kWh elektriciteit of 170.000 m3 aardgas. Of de onderzoeksplicht op de activiteiten van jouw bedrijf van toepassing is, hangt af van wie de milieuregels voor de milieubelastende activiteit van je organisatie bepaalt. Raadpleeg het Stappenplan Energiebesparing Rapportageplicht (rvo.nl) .

De onderzoeksplicht houdt in dat je eens per vier jaar onderzoekt welke energiebesparende maatregelen je moet nemen. Hierover rapporteer je digitaal aan de RVO. In de rapportage moet ook staan welke maatregelen je de voorafgaande periode al hebt getroffen.

Let op! De eerstvolgende rapportage moet uiterlijk 1 december 2023 bij de RVO binnen zijn.

Wettelijk is bepaald over welke aspecten van je bedrijfsvoering je met betrekking tot energiebesparing moet rapporteren. Dit betreft onder meer een analyse van het energieverbruik, waaronder een opgave van onbenutte warmtestromen en een inventarisatie van kosteneffectieve CO2-reducerende maatregelen. Ook hiervoor kun je gebruikmaken van de EML. Voor de rapportage is wettelijk vastgelegd hoe je de terugverdientijd van een investering en de CO2-reductie moet berekenen. Je kunt voor je rapportage gebruikmaken van sjablonen die je vindt op www.rvo.nl.

Fiscaal voordeel met energie-investeringsaftrek

Voor maatregelen waarvan de terugverdientijd langer is dan vijf jaar, bestaat geen plicht deze uit te voeren. Voor dergelijke maatregelen kom je vaak wel in aanmerking voor de energie-investeringsaftrek (EIA). Deze aftrek is met name bedoeld voor energiebesparende investeringen die, gelet op het rendement, nog onvoldoende rendabel zijn. Door hiervoor een fiscale aftrek te verlenen, dalen de nettokosten van de investering en is deze eerder rendabel.

Alleen bedrijfsmiddelen die op de zogenaamde Energielijst van de RVO staan, komen voor de EIA in aanmerking. De Energielijst wordt ieder jaar vernieuwd. De EIA levert voor investeringen in het jaar 2023 een extra aftrek van de winst op van 45,5%. Het totale maximumbedrag dat voor de EIA in aanmerking komt, bedraagt € 136 miljoen. Een investering in een bedrijfsmiddel dat bijvoorbeeld € 100.000 kost en op de Energielijst staat, levert dus een extra aftrek op de winst op van € 45.500.

Let op! In het Belastingplan 2024 is opgenomen dat de EIA in 2024 wordt verlaagd van 45,5 naar 40%. Dit plan moet nog wel worden goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer, maar overweeg je te investeren in energievriendelijke bedrijfsmiddelen? Dan kan het interessant zijn om dit nog in 2023 te doen.

Handhaving energiebesparingsplicht

Een onderneming die voldoet aan de voorwaarden voor de energiebesparingsplicht is wettelijk verplicht energiebesparende en/of CO2-reducerende maatregelen te treffen, te rapporteren en/of te informeren. Zijn er maatregelen genomen die niet staan vermeld op de EML, dan is het bevoegd gezag ook gerechtigd te controleren of de genomen alternatieve maatregelen voldoende zijn geweest. Voldoet een onderneming niet aan haar plichten, dat is het bevoegd gezag gerechtigd om eerst een waarschuwingsbrief te versturen. Ook kan het bevoegd gezag een dwangsom opleggen. Het bevoegd gezag is veelal de gemeente, de provincie of het Rijk. De hoogte van de dwangsom moet evenredig zijn aan de ernst van de overtreding en is bedoeld om bedrijven er alsnog toe te brengen de vereiste maatregelen te nemen dan wel te rapporteren en/of te informeren. Een bedrijf moet de dwangsom betalen als niet alsnog aan de wettelijke plichten wordt voldaan, vóór de termijn die daartoe door het bevoegd gezag gesteld is. Bij het vaststellen van deze termijn wordt rekening gehouden met de tijd die nodig is om een geconstateerde overtreding te beëindigen. Een dwangsom kan herhaald worden bij het niet blijven voldoen aan de wettelijke regels.

Meer weten?

Op de Energiebesparingsplicht-pagina van de RVO vind je alle informatie voor jouw specifieke situatie, branche of bedrijf. Ook kun je via die weg je rapportages digitaal aanleveren (met eHerkenning niveau 2+ of hoger met machtiging RVO-diensten niveau eH2+).

Verder vind je op www.deb.nl (duurzaam energie besparen ook meer over de energiebesparingsplicht en rapportageplichten.

 


Bron: SRA


Delen via Social Media